De Meester van de Zwarte Molen

Krabat, een jongen van 14 jaar, belandt ver weg in de bossen van Bohemen als leerling bij een molenaar. Deze molenaar blijkt een Meester in de Zwarte Kunst te zijn, en Krabat kan niet meer weg. Wat hij ook probeert, hij komt altijd terug bij de molen. Daar wordt het steeds griezeliger, en de enige manier om aan de macht van de molenaar te ontkomen is hem te bedriegen. Maar hoe bedrieg je iemand die zelfs je gedachten kan lezen?

Meester van de Zwarte Molen is een klassieker in de Nederlandse jeugdliteratuur. Het won een Zilveren Griffel en werd bekroond met de Europese jeugdboekenprijs.

Inhoud
Intro
Hoofdstuk 1: De molen aan het Koeselmoeras
Hoofdstuk 2: Elf plus een
Hoofdstuk 3: Geen licht baantje
Hoofdstuk 4: Droomwegen
Hoofdstuk 5: De man met de hanenveer
Hoofdstuk 6: Hup, op de stang
Hoofdstuk 7: Het teken van de Geheime Broederschap
Hoofdstuk 8: Ik ben de Meester
Hoofdstuk 9: De ossenkoopman uit Kamenz
Hoofdstuk 10: Marsmuziek
Hoofdstuk 11: Het aandenken
Hoofdstuk 12: Zonder rouwdienst of kruis
Hoofdstuk 13: Naar molenwet en gildewezen
Hoofdstuk 14: Een zachte winter
Hoofdstuk 15: Leve Augustus
Hoofdstuk 16: Bij het licht van een paaskaars
Hoofdstuk 17: Het verhaal van Hobbezak
Hoofdstuk 18: Paardenhandel
Hoofdstuk 19: Wijn en water
Hoofdstuk 20: Het hanengevecht
Hoofdstuk 21: Aan het einde van de rij
Hoofdstuk 22: De Moorse koning
Hoofdstuk 23: Vliegen met je vleugels
Hoofdstuk 24: Vluchtpogingen
Hoofdstuk 25: Sneeuw op het zaad
Hoofdstuk 26: Ik ben Krabat
Hoofdstuk 27: Tussen zon en maan
Hoofdstuk 28: Verrassingen
Hoofdstuk 29: Zwaar werk
Hoofdstuk 30: De adelaar van de sultan
Hoofdstuk 31: Een ring van haar
Hoofdstuk 32: Het aanbod
Hoofdstuk 33: Tussen de jaren