Portretten de ploeg

Op 1 mei 1918 werd de Groninger Kunstkring De Ploeg opgericht. De leden zijn vooral kunstschilders. Het zijn met name de landschappen die bekendheid genieten. Uit dit boekje blijkt dat zij ook veel portretten schilderden: van zichzelf, van elkaar en af en toe van anderen. De werken dateren uit de jaren '20 tot '60 van de 20e eeuw, waarbij de nadruk ligt op de vroege periode. De auteur is zelf ook kunstschilder, geeft les aan de Klassieke Academie en schrijft onder andere in het Dagblad van het Noorden. Daarom verbaast het taalgebruik van het boekje: er staan vrij veel herhalingen in en de tekst loopt niet altijd soepel. Desondanks is het een prettig en mooi uitgegeven werk. Het boek is verdeeld in zestien hoofdstukjes, steeds gewijd aan een of twee schilders. Een korte tekst belicht de schilder, zijn werk en relatie tot de Ploeg. Verder zijn een foto van de schilder en een aantal (zelf)portretten in kleur - veelal schilderijen, maar ook grafisch werk en een enkel beeld - afgebeeld. Ook in deze portretten is het eigenzinnige karakter van de Ploegschilders herkenbaar.