Te gast in Bhutan

Bhutan is in meerdere opzichten een bijzondere reisbestemming. Met de visie van Bruto Nationaal Geluk profileert het land zich al jaren met duurzame ontwikkeling. Door van elke bezoeker een verplichte dagelijkse reissom te eisen, lukt het de overheid de toeristenstroom in de hand te houden. Niet voor niets dat Bhutan wel The last Shangri La wordt genoemd. Wat direct opvalt is het boeddhisme dat alom aanwezig is. In dzongs (kloosterburchten), lakhangs (tempeltjes) en in huizen komen we voortdurend de manifestaties van de Boeddha tegen. Ook overal aanwezig zijn de fallussymbolen die verwijzen naar lama Drukpa Kunley, een populaire heilige uit de vijftiende eeuw, die op onorthodoxe wijze de boeddhistische leer verspreidde. Dat religie en cultuur innig met elkaar verweven zijn merken we tijdens de tshechu's, de kleurrijke festivals, waarbij monniken zowel de boeddhistische leer als oude mythen en legendes uitbeelden. Bijzonder in Bhutan is de traditionele wijze waarop de bevolking gekleed is. Veel mannen dragen gho's terwijl vrouwen stijlvolle kira's dragen. Deze manier van kleding is mede een uitvloeisel van de One Nation One People-politiek uit 1988, waarmee de overheid bepaalde dat iedere Bhutanees zich moest aanpassen aan de culturele gedrags- en kledingvoorschriften van de Drukpa, de etnische groep die op politiek en cultureel gebied altijd het meest bepalend is geweest. Natuurbescherming is een belangrijke pijler van het Bruto Nationaal Geluk principe voor ontwikkeling in Bhutan. De regering heeft ruim 40 procent van het land aangewezen als beschermd natuurgebied. Voor natuurliefhebbers valt er in Bhutan dan ook veel te genieten. Het land kent een uitgebreid netwerk van voetpaden dat sinds eeuwen dalen met elkaar verbindt. Na een trektocht over soms uitdagende passen worden we beloond met uitzicht op de Himalaya-toppen. En na afloop van de trekking is het genieten in een hot-stone bath.